Het overlijden van Johan Hut is een schok, omdat het zo onverwachts is. Ik had de jaargangen van De Schakel, het clubblad van HSG in de vorige eeuw, nog in mijn kamer liggen wegens het overlijden van Henk Weenink. De partij Weenink-Ernst was gepubliceerd en van commentaar voorzien door Johan Hut.
Johan was actief als speler in de HSG-competities, maar werd steeds actiever als schrijver voor het clubblad. Hij verdiende de kost als zelfstandig boekhouder, maar besloot van het schrijven zijn hoofdberoep te maken. Jarenlang schreef hij onder andere in de Gooi- en Eemlander.
Op zoek naar een partij van hemzelf met zijn eigen commentaar hoefde ik niet lang te zoeken. Het was onmiddellijk raak in het oktobernummer 1993. Dat was een gouden tijd voor HSG. In het clubblad staat een kopie uit de eerder genoemde krant met de aankondiging van de finale van de Europacup op 10, 11 en 2 december in motel De Witte Bergen in Eemnes.
Verder in het blad een overzicht van de 1e twee ronden van de KNSB-competitie. HSG speelde met twee tientallen en een achttal mee! Johan speelde in HSG III. Hieronder een citaat uit zijn verslag.
Feest!
Feest op deze heerlijke zaterdag, waarop 28 HSG-ers, verdeeld over drie teams, samen in één zaal hi=un KNSB-potje speelden. Feest, voor mijzelf, omdat ik van die 28 de eerste was die een punt liet aantekenen. Iedereen die mij persoonlijk kent begrijpt hoeveel plezier mij dat op dat moment deed. Er was al 2½ uur voorbij, maar voor mij had het niet zo lang hoeven duren. Ik had slechts ½ uur nagedacht! Zie verder de analyse aan het eind van dit verslag.
Hieronder de analyse van zijn eigen partij. Kenmerkend is de uitleg, waardoor partijen toegankelijk werden voor een grote groep schaakliefhebbers. Johan bedankt!

